Dit bovenstaande schilderij van de Nederlandse schilder Geertgen tot Sint Jans, is wereldberoemd. Dat komt vooral omdat de schilder een schitterend spel speelt met het licht. Dat de wereld donker is, weten we natuurlijk al eeuwen. En dat wij het licht van Godswege moeten ontvangen om onze weg te vinden, is ook al eeuwen in de Kerstnacht verkondigd. Geertghen tot Sint Jans doet het hier prachtig: In de achtergrond zien we de engelen een boodschap schenken aan de herders op het veld. Hier komt het licht ‘van alzo hoge, van alzo veer’. De herders en de kudde en hun bescheiden omgeving weerspiegelen het licht dat schijnt uit de hemel. Maar het werkelijke licht in het schilderij komt uit de kribbe: het Kerstkind straalt als het ware in ons midden het licht van Godswege naar ons toe. Maria, een uitermate jonge vrouw, wordt erdoor verlicht, evenals de engelen die het Kerstkind aanbidden. Evenals de os en de ezel, die zich buigen over de kribbe. En helemaal aan de rechterzijde, in de schaduw, is heel zacht Jozef geschilderd. Volgens de voorschriften van de Kerstafbeeldingen moest hij op gepaste afstand van het tafereel blijven om te benadrukken dat dit kind een kind van de hemel is én van de aarde (Maria). De schilder legde zo de nadruk op de betekenis van Kerst: dit kind is het licht dat in de duisternis schijnt, én de duisternis heeft het niet gegrepen. Sterker nog, het kind verjaagt de duisternis. Duister is het, maar het laatste woord is aan het licht.
Ds. Frans Ort